Voorgestelde updates voor de SBTi Net-Zero Standaard (Versie 2.0)

2Impact
dinsdag 27 mei 2025

Het Science Based Targets initiative (SBTi) heeft zijn conceptversie van de Corporate Net-Zero Standard Versie 2.0 (V2) vrijgegeven voor publieke consultatie. Dit markeert een belangrijke stap in de manier waarop bedrijven wereldwijd geacht worden klimaatverandering aan te pakken.

Met inmiddels meer dan 10.000 bedrijven die wetenschappelijk onderbouwde klimaatdoelstellingen hebben vastgesteld via SBTi, vormt deze update een cruciale mijlpaal die het ambitieniveau van bedrijven de komende jaren zal beïnvloeden. In deze blog lichten we toe wat er verandert, waarom dat belangrijk is en hoe jouw organisatie een voorsprong kan behouden.

 

Wat is de SBTi en waarom is het belangrijk?

De SBTi is een samenwerking tussen het CDP, het UN Global Compact, het World Resources Institute (WRI) en het WWF. De Corporate Net-Zero Standard van de SBTi is het enige wereldwijd erkende wetenschappelijke kader voor het vaststellen van netto-nul-doelstellingen voor bedrijven. Deze standaard biedt richtlijnen, criteria en aanbevelingen waarmee bedrijven hun klimaatdoelen kunnen afstemmen op het beperken van de opwarming van de aarde tot maximaal 1,5°C, in lijn met het Akkoord van Parijs.

De standaard wordt momenteel herzien. De nieuwe Versie 2.0 bouwt voort op de oorspronkelijke standaard uit 2021 en breidt de rol van SBTi uit van alleen doelvalidatie naar volledige prestatiebewaking en claimbeheer gedurende de gehele cyclus.

De SBTi stelt bedrijven in staat om:

  • Wetenschappelijk onderbouwde reductiedoelstellingen vast te stellen
  • Doelstellingen onafhankelijk te laten valideren
  • Greenwashing tegen te gaan via transparante verantwoording

Lees meer over de SBTi en het proces in onze eerdere blog hier.

 

Waarom wordt de net-zero standaard geüpdatet?

Naarmate meer bedrijven zich committeren aan netto-nul, zijn er nieuwe uitdagingen ontstaan – vooral rond het meten van Scope 3-emissies, het waarborgen van consistente voortgang en het valideren van claims. Versie 2.0 speelt hierop in door:

  • Een volledige validatiecyclus in te voeren (instap, initiële validatie, hernieuwde validatie)
  • Het proces van doelstellingen formuleren, implementeren en voortgang meten te versterken
  • Aansluiting te zoeken bij best practices van initiatieven zoals de VN HLEG en CSRD

Het algemene doel van deze herziening is om ervoor te zorgen dat de standaard bedrijven blijft ondersteunen bij het opstellen en realiseren van ambitieuze, wetenschappelijk onderbouwde klimaatdoelstellingen.

 

Belangrijkste wijzigingen in de Net-Zero Standard Versie 2.0

1. Sterkere focus op Scope 3-emissies
De herziene standaard erkent zowel de belemmeringen als de kansen rond het stellen van Scope 3-doelstellingen. Er worden daarom veranderingen doorgevoerd die deze doelen effectiever moeten maken in het stimuleren van een net-zero transformatie in de gehele waardeketen, met oog voor de operationele uitdagingen van bedrijven.

Scope 3-doelen zijn nu verplicht voor Category A-bedrijven. Waar eerdere standaarden alleen Scope 3-doelen vereisten als deze meer dan 40% van de totale uitstoot vormden, laat de nieuwe benadering dit vaste percentage los. In plaats daarvan wordt van bedrijven verwacht dat zij zich richten op emissie-intensieve en invloedrijke onderdelen van hun waardeketen, ongeacht of de Scope 3-uitstoot de 40% overstijgt.

Om voortgang aan te tonen, kunnen bedrijven naast emissiegegevens ook gebruik maken van alignment-indicatoren, zoals uitgaven aan leveranciers of de mate waarin hun productportfolio aansluit op net-zero-doelen. Dit biedt meer flexibiliteit in het meten en beheren van impact.

 

2. Indirecte mitigatie en carbon offsets
Carbon offsets (emissiekredieten buiten de waardeketen van een bedrijf) mogen niet worden gebruikt om science-based targets te behalen. In plaats daarvan introduceert het conceptdocument indirecte mitigatie (zoals book-and-claim-systemen) als tijdelijke oplossing wanneer traceerbaarheid niet mogelijk is. Deze:

  • Wijzigen de uitstootinventaris van een bedrijf niet
  • Moeten afzonderlijk worden gerapporteerd
  • Mogen niet worden verward met beyond value chain mitigation (BVCM)

 

3. Versnelde decarbonisatie: nu handelen, niet later
Een veelgehoorde kritiek op net-zero-plannen is de overmatige focus op langetermijndoelstellingen. In werkelijkheid zijn de acties in de komende jaren veel bepalender dan doelen op de lange termijn.

Versie 2.0 stelt duidelijk: bedrijven moeten hun emissies met circa 45% verminderen vóór 2030, met 2020 als referentiejaar, in lijn met scenario’s die de opwarming beperken tot 1,5°C. Deze ‘front-loaded’ benadering sluit aan bij IPCC-richtlijnen en benadrukt actie in dit beslissende decennium.

Tussentijdse doelen moeten worden ingebed in de kernactiviteiten van het bedrijf — via technologische vernieuwing, procesoptimalisatie en transformatie van de toeleveringsketen — in plaats van te worden uitgesteld.

 

4. Duidelijkere doelen voor Scope 1 en 2
Voorheen konden bedrijven Scope 1 (directe uitstoot) en Scope 2 (ingekochte energie) combineren in één doelstelling. De herziene standaard vereist nu dat deze afzonderlijk worden gerapporteerd en gereduceerd:

  • Scope 1: directe uitstoot vanuit eigen of beheerde bronnen
  • Scope 2: uitstoot door ingekochte energie, met doelen voor zowel locatie-gebaseerde als markt-gebaseerde emissies, of het gebruik van emissievrije elektriciteit

Dit helpt bedrijven beter inzicht te krijgen in welke knoppen zij kunnen draaien: van elektrificatie van operaties (Scope 1) tot overstap naar hernieuwbare stroom (Scope 2). Het verhoogt de transparantie en verantwoording.

 

5. Introductie van alignment targets
Deze nieuwe doelen zijn kwalitatief of semi-kwantitatief en richten zich op de afstemming van het bredere ecosysteem van een bedrijf — leveranciers, producten en diensten — op een net-zero toekomst. Denk aan:

  • Aandeel van tier 1-leveranciers dat is afgestemd op net-zero
  • Aandeel van de omzet uit producten die in lijn zijn met net-zero

Hoewel bedrijven vaak geen directe controle hebben over deze elementen, maken alignment targets het mogelijk om invloed, richting en ambitie te tonen — als aanvulling op emissiegerichte doelen.

 

6. Klimaattransitieplan: van ambitie naar uitvoering
Versie 2.0 introduceert de verplichting voor bedrijven om binnen 12 maanden na validatie een klimaattransitieplan op te stellen én publiek te maken. Dit betekent een grote stap richting het omzetten van net-zero doelstellingen naar daadwerkelijke uitvoering.

Het plan moet beschrijven hoe het bedrijf haar science-based targets gaat halen, inclusief:

  • Governance-structuur
  • Kernmaatregelen en beleid
  • Benodigde middelen en acties

Belangrijk hierbij is:

  • Het transitieplan moet formeel worden goedgekeurd door het hoogste bestuursniveau (zoals de raad van bestuur)
  • Het plan moet minstens elke vijf jaar worden herzien en geüpdatet

Hoewel er geen vaste inhoudelijke eisen worden opgelegd, wordt aanbevolen om aan te sluiten bij externe kaders, zoals het Transition Plan Taskforce (TPT) Disclosure Framework uit het Verenigd Koninkrijk of vergelijkbare nationale standaarden.

Daarnaast wordt nadruk gelegd op traceerbaarheid. Bedrijven moeten steeds beter aantonen hoe specifieke acties en investeringen leiden tot daadwerkelijke reductie van broeikasgassen — binnen de eigen operatie of in samenwerking met partners in de waardeketen.

schermafbeelding-2025-05-27-om-124908-nl.jpg

Waarom dit belangrijk is

De wijzigingen in CNZS Versie 2 zijn meer dan alleen technische updates — ze vormen een oproep tot meer betekenisvolle en transparante klimaatactie door bedrijven. Door achterpoortjes te sluiten, de tijdlijnen te versnellen en meer betrokkenheid in de waardeketen te eisen, verhogen de nieuwe richtlijnen de geloofwaardigheid en ambitie van net-zero toezeggingen.

Of je nu werkt aan duurzaamheid binnen een multinational of net begint als mkb’er: aansluiten bij deze updates betekent dat je voorbereid bent op veranderende regelgeving, inspeelt op verwachtingen van investeerders en bijdraagt aan een leefbare toekomst.

 

Wat dit betekent voor bedrijven

Veel organisaties zullen hun strategie voor het stellen van doelen opnieuw moeten bekijken, hun interne plannen voor CO₂-reductie versnellen, en hun aanpak van samenwerking binnen de waardeketen heroverwegen. De verduidelijking rond Scope 3 en het gebruik van compensatie is vooral relevant voor bedrijven met complexe toeleveringsketens of uitstoot tijdens het gebruik van hun producten.

Het draait niet langer alleen om “je steentje bijdragen”, maar om dit ook te bewijzen — met transparantie, ambitie en verantwoording.

 

Doe mee: publieke consultatie open tot 1 juni
 De SBTi nodigt belanghebbenden uit om feedback te geven op de conceptversie van de Corporate Net-Zero Standard V2 tot en met zondag 1 juni 2025. Dit is een belangrijk moment voor bedrijven, ngo’s en beleidsmakers om input te leveren over de toekomstige vorm van de standaard.

 

Hoe 2Impact kan helpen
Als experts op het gebied van duurzaamheidsstrategie en science-based target-setting ondersteunt 2Impact jouw organisatie met:

  • In kaart brengen en analyseren van emissies binnen Scope 1, 2 en 3
  • Opstellen of actualiseren van doelstellingen in lijn met de nieuwe SBTi Versie 2.0
  • Ontwikkelen van geloofwaardige decarbonisatiestrategieën die verder gaan dan de minimumeisen
  • Activeren van de waardeketen om de impact op Scope 3 te maximaliseren
  • Duidelijke en overtuigende communicatie over voortgang
  • Opstellen van een klimaattransitieplan om strategisch emissies te reduceren en net-zero doelstellingen te realiseren
  • Ondersteuning en advies bij het opstellen en indienen van CDP-rapportages

Of je nu net begint of je strategie herziet in het licht van de nieuwe standaard: wij bieden de inzichten en begeleiding om met vertrouwen klimaatactie te ondernemen.

 

Gerelateerde diensten.
Gerelateerde nieuwsartikelen: SBTi & Inzichten in klimaattransitieplannen.